Dode vissen of andere dode dieren in het water

Heb je een of meerdere dode vissen, dode vogels of andere dode dieren in een sloot, vijver of ander water gezien? Zie je zieke dieren met verlammingsverschijnselen in het water? Of happen de vissen naar lucht? Ga dan niet zwemmen in dit water en laat ook je hond er niet in zwemmen. Er kan sprake zijn van botulisme, blauwalg, watervervuiling of een te laag zuurstofgehalte in het water.

Direct melden

Wanneer je dode of zieke dieren ziet, is het belangrijk dat je dit zo snel mogelijk doorgeeft aan de juiste waterbeheerder. Dan kan deze direct gaan kijken wat er aan de hand is en eventueel maatregelen nemen om erger te voorkomen. Kijk hier bij welke waterbeheerder je je melding kunt doen. 

Dode vissen na droogte

Als het lang droog is geweest, dan kan het zuurstofgehalte in het water afnemen. Bij voortdurende droogte staat er namelijk minder water in plassen, in uiterwaarden of sloten dan normaal. Dit komt doordat het water verdampt en doordat de grondwaterstand is gedaald. Het oppervlaktewater warmt zo eerder op en het zuurstofgehalte daalt. Hierdoor kunnen vissen aan de oppervlakte gaan zwemmen, naar lucht gaan happen of stikken.

Dode vissen na hevige regen

Vissterfte kan optreden na een plotselinge hevige regenbui waarbij riolen het water even niet meer aankunnen. Er vindt dan een zogenoemde overstort van rioolwater op het oppervlaktewater plaats. Het rioolwater bevat organische stoffen. Als die in sloten, grachten of singels terechtkomen, wordt het water arm aan zuurstof en stikken de vissen.

Dode vissen in de winter

Tijdens de koude wintermaanden is het zuurstofgehalte van het water vaak laag. Als vijvers bevroren zijn, kan de gemeente de vis niet verwijderen. Het wordt afgeraden om het ijs weg te hakken om de vis te verwijderen. Daarbij ontstaat namelijk beroering en geluid in het water. Vissen worden dan veel actiever, hebben meer zuurstof nodig en omdat daar gebrek aan is, sterven mogelijk meer vissen.

Dode vissen in de paaitijd of door het voeren van eenden

Vissterfte heeft niet altijd met de waterkwaliteit te maken. Zo is de paaitijd, het voorjaar, een uitputtende tijd. Oudere vissen met een verminderde conditie overlijden door uitputting. Ook het te massaal voeren van eenden en ganzen in een sloot of vijver kan een gevaar voor de vissen opleveren. Te veel broodresten kunnen aanleiding geven tot een gisting- en rottingsproces, dat schadelijk is voor het visleven in het water. Soms zijn besmettelijke ziekten oorzaak van vissterfte, zoals het zogenoemde voorjaarsviramie bij karpers.

Maatregelen tegen vissterfte

Waterschappen en gemeenten controleren regelmatig het zuurstofgehalte van het water. Vijvers, watergangen en sloten worden regelmatig uitgebaggerd. Zo nodig wordt schoon water in vijvers gepompt om het zuurstofgehalte weer op peil te brengen. Water dat met elkaar in verbinding staat, wordt op verschillende locaties gecontroleerd.

Onderzoek in het laboratorium

Als dode vissen worden gevonden, worden enkele kadavers nader in het laboratorium onderzocht. Afhankelijk van de uitkomst van het onderzoek worden aanvullende maatregelen getroffen. Aan het publiek kan bijvoorbeeld worden verzocht om niet te voederen en om niet in het water te zwemmen.